Onder de Wet werk en zekerheid (WWZ) heeft een werknemer die na een dienstverband van twee jaar of langer onvrijwillig uit dienst treedt, recht op de transitievergoeding. Daarnaast kan hij bij ontslag recht hebben op een zogeheten billijke vergoeding. De werkgever moet zich dan schuldig hebben gemaakt aan relevant ernstig verwijtbaar handelen of nalaten. Voor de billijke vergoeding hoeft een werknemer niet minimaal twee jaar in dienst te zijn.
Billijke vergoeding: van muizengaatje naar kattenluik
In de memorie van toelichting van de WWZ staat dat de billijke vergoeding bedoeld is voor zeer uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld als de werkgever bewust een onwerkbare situatie creëert om een ontslag te forceren. Omdat een werknemer niet snel kans zou moeten hebben op de billijke vergoeding, werd deze mogelijkheid het ‘muizengaatje’ genoemd. Inmiddels zijn er behoorlijk wat zaken geweest waarin rechters een billijke vergoeding hebben toegekend. Er wordt daarom nu ook wel gesproken over het ‘kattenluik’. Er is geen vaste berekening die de rechter moet gebruiken om de hoogte van de billijke vergoeding vast te stellen. De vergoeding kan bijzonder hoog zijn.
Luizengaatje gaat over uitzondering transitievergoeding
De term ‘luizengaatje’ is afgeleid van het muizengaatje en staat voor een mogelijkheid die nog kleiner is dan het muizengaatje. Inhoudelijk staan de twee termen echter los van elkaar. Met het luizengaatje wordt gedoeld op de optie van de rechter om een werknemer die voor ontslag ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten – en dus geen recht heeft op de transitievergoeding – toch een (gedeeltelijke) transitievergoeding toe te kennen. De rechter kan hiervoor kiezen als hij het niet toekennen van de transitievergoeding onrechtvaardig vindt. Daarbij valt te denken aan een werknemer die na een vlekkeloos dienstverband van dertig jaar één keer ernstig de fout ingaat. De fout kan dan ernstig verwijtbaar zijn, terwijl het onthouden van de transitievergoeding te ver gaat. Uit een evaluatie van de WWZ blijkt dat rechters zelden tot dit oordeel komen.
Bron: Rendement