Nieuwsbrief november – Flexibele schil, minimumloon en meer

Inhoud van deze nieuwsbrief:

Maak van klokkenluidersregeling geen papieren tijger

Op 1 jutijgerli 2016 is de Wet Huis voor klokkenluiders in werking getreden. Waar moet je als ondernemingsraad op letten bij een klokkenluidersregeling? En wat mag je er van verwachten?

De verplichting een eigen klokkenluidersregeling op te stellen, geeft organisaties een kans om kritisch naar zichzelf te kijken.

Wat is op dit moment de bedrijfscultuur als het aankomt op het melden van misstanden? Durven werknemers problemen aan te kaarten? Gaat de onderneming op een professionele wijze om met dit soort signalen, of verdwijnen meldingen (en melders?) stilletjes in het niets?

Het debat aangaan

Ondernemingsraden kunnen deze wetswijziging aangrijpen om het debat aan te gaan met hun bestuurder over de cultuur van de onderneming. Hoe zouden jullie willen dat er wordt gehandeld als er onverhoopt een misstand zou worden aangetroffen binnen de onderneming? De bewustwording die uit zo’n debat kan volgen, kan een veel grotere impact hebben op de positie van klokkenluiders – en dus op hun bereidheid om aan de bel te trekken – dan een papieren regeling alleen. En wat zegt het over de cultuur binnen jullie onderneming, als de bestuurder helemaal geen voorstel voor een klokkenluidersregeling aan jullie voorlegt?

Papieren regeling

Of een eigen klokkenluidersregeling ook daadwerkelijk bijdraagt aan een verbetering van de positie van potentiële klokkenluiders binnen de onderneming en tot meer bereidheid leidt om een misstand intern aan de kaak te stellen, hangt niet af van de omvang van de papieren regeling. Veel belangrijker is de vraag hoe de cultuur van de onderneming is, en of de tone at the top uitnodigt tot het melden van een vermoeden van een misstand. Hoe wordt feitelijk omgegaan met klokkenluiders en meldingen?

Waardevolle bron van informatie

Een verstandige bestuurder wil weten wat er – goed of fout – binnen zijn organisatie speelt, zodat hij kan bijsturen en waar nodig ingrijpen. Zo’n bestuurder ziet een potentiële klokkenluider dus vooral als waardevolle bron van informatie. Zo’n bestuurder draagt er door zijn houding en communicatie aan bij dat zijn werknemers zonder angst voor negatieve persoonlijke gevolgen hun vermoedens van misstanden kunnen melden. Als de directie of het management een potentiële klokkenluider daarentegen als een querulant of nestvervuiler beschouwt, zal deze er altijd bekaaid vanaf komen. Alle mooie procedures, protocollen en regelingen ten spijt.

Inhoud van de regeling

  • In de regeling moet onder meer worden opgenomen:
  • bij wie een vermoeden van een misstand moet worden gemeld;
  • hoe de onderneming om zal gaan met de melding;
  • dat de werkgever verplicht is om vertrouwelijk met de melding om te gaan als de klokkenluider dat wil;
  • de mogelijkheid om een vertrouwenspersoon van binnen de onderneming te kunnen raadplegen.

Ook moet in de regeling staan wat de onderneming verstaat onder ‘vermoeden van een misstand’. Ondernemingen zijn daarin niet helemaal vrij, zij moeten ten minste de wettelijke definitie van het begrip ‘misstand’ in acht nemen.
Deze klokkenluidersregeling moet aan werknemers worden verstrekt, hetzij op papier, hetzij digitaal. Ook moeten medewerkers worden geïnformeerd over de rechtsbescherming die zij genieten als zij een melding doen.

Modelregeling

Een modelklokkenluidersregeling is op te vragen via: kenniscentrum@huisvoorklokkenluiders.nl.

Bron: OR Informatie


Wettelijk minimumloon en jeugdloon stijgen per 1 januari 2017

geldzakjeDe brutobedragen van het wettelijk minimumloon en het minimumjeugdloon stijgen per 1 januari 2017. Het wettelijk brutominimumloon (WML) voor werknemers van 23 jaar en ouder bij een volledig dienstverband wordt per 1 januari 2017:

  • € 1.551,60 per maand (nu € 1.537,20 per maand)
  • € 358,05 per week (nu € 354,75 per week)
  • € 71,61 per dag (nu € 70,95 per dag).

Minimumloon per uur

Het bruto minimumloon per uur per 1 januari 2017 bedraagt bij een normale arbeidsduur voor een fulltime dienstverband van een werknemer van 23 jaar en ouder:

  • € 9,95 bij 36 uur per week
  • € 9,43 bij 38 uur per week
  • € 8,96 bij 40 uur per week

afbeelding-1-normale-arbeidsduur

Minimum jeugdlonen

afbeelding-2

Bron: Over Salaris.nl


Minister gaat regeling voor meerlingenverlof wijzigen

Door de regeling voor meerlingenverlof die sinds 1 april 2016 geldt kunnen vrouwen die zwanger zijn van een meerling 4 weken eerder, dus 10 weken voormeerling de uitgerekende bevallingsdatum met zwangerschapsverlof te gaan. Nu blijkt dat deze vrouwen vaak minder verlof genieten dan voorheen wil minister Asscher van Sociale Zaken de Wet arbeid en zorg op dit punt wijzigen.

Als de meerling op de beoogde datum van de bevalling wordt geboren, dan bedraagt het verlof voor de moeder 20 weken (10 weken voor de bevalling, 10 weken na de bevalling).

Indien de bevalling eerder plaatsvindt dan op de beoogde datum, wordt het zwangerschapsverlof net zoals voor vrouwen met een eenling verlengd met het aantal dagen dat het zwangerschapsverlof korter heeft geduurd dan 6 weken.

In dat geval bedraagt de totale verlofperiode minder dan 20 weken, maar wel ten minste 16 weken.

Vier weken ziekteverlof ingeruild voor extra verlof vanuit WAZO

Voor inwerkingtreding van het meerlingenverlof genoot 90 procent van de betrokken vrouwen 4 weken ziekteverlof voorafgaand aan het 6 weken durende zwangerschapsverlof. In de huidige situatie zijn die vier weken ziekteverlof ingeruild voor extra verlof vanuit de Wet arbeid en zorg (WAZO). Meerlingzwangerschappen eindigen echter vaak in een vroegtijdige bevalling, gemiddeld drie weken voor de uitgerekende datum. Hierdoor genieten veel vrouwen het zwangerschapsverlof niet volledig.

Amendement in Wet arbeid en zorg

De regeling voor meerlingenverlof is bij amendement in de Wet arbeid en zorg opgenomen. Het amendement voorzag er niet in dat het bevallingsverlof van de vrouw die een meerling verwacht werd verlengd met de periode die het zwangerschapsverlof korter heeft geduurd dan 10 weken. Daarom geldt bij de zwangerschap van een meerling bij een geboorte voor de beoogde datum de periode van 6 weken die ook voor moeder van een eenling geldt. Relevant hierbij is dat de verlenging van het zwangerschapsverlof volgens de toelichting op het amendement bedoeld was om de gezondheid van de (aanstaande) moeder en kinderen tijdens de zwangerschap te ondersteunen.

Nota van wijziging op wetsvoorstel uitbreiding kraamverlof

Nu in de praktijk blijkt dat vrouwen bij de zwangerschap van een meerling in veel gevallen per saldo minder verlof genieten dan voorheen, een onvoorzien en onbedoeld effect van de regeling, is  Asscher bereid de WAZO op dit punt aan te passen. Hij zal dit als nota van wijziging meenemen bij het nog in te dienen wetsvoorstel betreffende de uitbreiding van het kraamverlof. Dan zal hij ook informatie verstrekken over het tijdpad.

Stand van zaken

Sinds 1 april 2016, datum van inwerkingtreding van het meerlingenverlof, hebben ruim 400 vrouwen meerlingenverlof genoten. Slechts 2 procent van de vrouwen heeft 20 weken verlof genoten. De meeste vrouwen hebben tussen 16 en 20 weken verlof genoten (58 procent). De resterende 40 procent heeft 16 weken verlof genoten.

Bron: Over Salaris.nl


Doe sneller loonaangifte – voordeel voor u en werknemer

loonaangifteDoor de loonaangifte goed en snel aan te leveren draagt u eraan bij dat de werknemer direct de juiste WW-uitkering krijgt en niet te maken krijgt met een verrekening achteraf. Daarnaast voorkomt u dat de werknemer met vragen bij u komt als hij moeite heeft om zijn inkomstenopgave op basis van zijn salarisstrook in te vullen.

Mensen met een WW-uitkering moeten sinds 1 juli 2015 maandelijks doorgeven of en hoeveel ze hebben verdiend. Op basis hiervan wordt de hoogte van de uitkering vastgesteld. Om de juiste hoogte van de uitkering vast te stellen kan de werkgever helpen door de loongegevens zo snel mogelijk door te geven aan de Belastingdienst.

De gegevens die de werkgever aanlevert, komen in de Polisadministratie. UWV gebruikt deze informatie om het formulier inkomstenopgave voor mensen met een uitkering alvast in te vullen. Die hoeven dan alleen maar aan te geven dat ze akkoord zijn en niet meer zelf te bedenken welke bedragen zij vanaf hun loonstrook moet invullen. Vervolgens kan UWV het juiste bedrag aan uitkering uitbetalen.

Eerder loonaangifte indien, dan ook eerder betalen?

Nee, dat is niet nodig. U hebt tot de laatste dag van de volgende maand de tijd om het bedrag over te maken naar de Belastingdienst.

In de meeste softwarepakketten kunt u een eenvoudige knip maken tussen het indienen van de loonaangifte en het afrekenen ervan. Op het moment dat u de salarisstroken voor uw werknemer klaarmaakt, kunt u ook de loonaangifte gereedmaken en doorsturen naar de Belastingdienst.

Werkt u met een vierwekenaangifte, dan gelden de termijnen zoals aangegeven in de Aangiftebrief loonheffingen die u van de Belastingdienst hebt ontvangen. Maar ook hier geldt dat u de loonaangifte en de betaling gescheiden kunt doen.

Waarom nadruk op uitzendbranche, zorg en onderwijs?

De versnelde loonaangifte is van belang voor de grote groep mensen die naast hun uitkering inkomen uit werk hebben. Een kwart van hen verdient iets bij via een uitzendbaan. Daarnaast werken er relatief veel mensen met een uitkering in de zorg en het onderwijs. Wanneer werkgevers in deze sectoren hun loonaangifte snel indienen, zijn veel werknemers met een uitkering hiermee geholpen.

Werkgever betaalt salarissen per vier weken. Wat kan ik bijdragen?

Als u per vier weken verloont, geeft u als regel ook per vier weken de loonaangifte door aan de Belastingdienst. De termijnen staan in de Aangiftebrief loonheffingen die de Belastingdienst u in november toestuurt.

Wanneer de Belastingdienst de aangifte vóór het einde van de kalendermaand heeft, kan UWV de gegevens alvast invullen op het formulier waarmee de werknemer zijn inkomen opgeeft. Die werknemer hoeft dan alleen nog maar aan te geven of hij akkoord is met het ingevulde bedrag. De kans op fouten is kleiner en de werknemer heeft sneller de juiste uitkering.

Wij betalen salaris per week. Hoe kan ik helpen?

Voor werknemers die per week hun salaris krijgen, is het extra moeilijk om de juiste gegevens door te geven aan UWV. Zij moeten immers de bedragen van hun loonstrookjes bij elkaar optellen, en dat gaat nog weleens mis.

Als blijkt dat het bedrag dat de werknemer opgeeft, anders is dan het bedrag dat in de Polisadministratie komt, moet UWV gaan verrekenen. Dat is vervelend voor de werknemer. En de kans is groot dat de werknemer bij de werkgever om uitleg komt vragen.

Als u per week verloont, dan geeft u per vier weken of per maand de loonaangifte door aan de Belastingdienst. Wanneer u de loonaangifte vóór het einde van de maand indient, kan UWV de juiste gegevens alvast invullen op het formulier dat de werknemer elke maand moet invullen. Die hoeft dan alleen nog maar akkoord te geven, omdat het juiste bedrag er al op staat.

Bron: Over Salaris.nl


flex-schilABU-Flexpocket: feiten over de groeiende flexschil

De flexschil groeit en daarmee ook de verschillende vormen van flexibele arbeid. Uitzendorganisaties doen dan ook steeds meer naast uitzenden alleen.

Dat blijkt uit de meest recente Flexpocket, een publicatie van de ABU met cijfers over de ontwikkelingen van verschillende flexvormen en dienstverlening. Het eerste exemplaar van deze Flexpocket is uitgereikt aan de aanwezige kamerleden tijdens het Nationale Arbeidsmarktdebat vorige week.

Flexschil groeit
Uit deze publicatie blijkt dat de flexibele schil het afgelopen decennium verder is gegroeid, tot 38% in 2015. Dit komt met name door de flinke groei van zzp, nuluren- en oproepcontracten. Het aandeel uitzenden is relatief beperkt: dit steeg van 2,4% in 2003 naar 3% in 2015.

Meer dan uitzenden alleen
Het is dan ook niet verwonderlijk dat ABU-leden tegenwoordig veel meer doen dan alleen uitzenden. Zij verbreden en bieden een steeds gevarieerder pakket hr-dienstverlening. Tweederde van hen houdt zich bezig met payrolling en de dienstverlening voor zelfstandigen groeit sterk. Toch vormt voor 92% van de ABU-leden uitzenden nog altijd de backbone van de activiteiten (gemeten 2014).

5 opvallende feiten (gemeten in 2015) uit de Flexpocket:

  1. 551.000 personen werken dagelijks als oproepkracht (6,6 % flexschil) en 344.000 via een nulurencontract (4,1% flexschil). Van hen is meer dan de helft tussen de 15 en 25 jaar
  2. 248.000 personen zijn dagelijks werkzaam als uitzendkracht (3% flexschil). Overigens werken er in totaal 770.000 personen als uitzendkracht in 2015. 38% van de uitzendkrachten is jonger dan 24 jaar
  3. Tweederde van de ABU-leden zal naar verwachting in 2018 ook payrolldiensten aanbieden. In 2015 werkten er in totaal ruim 194.000 payrollkrachten
  4. De  groei van het aandeel detachering via ABU-leden stijgt naar verwachting van 65,6% in 2014 naar 71% in 2018. Grote bedrijven maken relatief het meest gebruik van detacheringen (24%)
  5. Ruim een miljoen personen zijn in 2015 dagelijks aan het werk als zzp’er (12,3% van de flexschil). Het aandeel zzp-dienstverlening via ABU-leden groeit naar verwachting van 32,5% in 2014 naar 42,4% in 2018

De Flexpocket is digitaal toegankelijk via de site van de ABU en in gedrukte vorm verkrijgbaar bij de ABU. Geïnteresseerden kunnen een papieren versie bestellen via e-mail: communicatie@abu.nl.

Bron: ABU


https://www.qompas-groep.nl/klantendag-2016-nederlands-openluchtmuseum/

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *