Nieuwsbrief maart – Gratis workshop AVG, meerlingenverlof en meer

GegevensbeschermingWorkshop AVG – Algemene verordening gegevensbescherming

Maandag 23 april organiseren wij voor onze klanten een workshop over de nieuwe wet AVG. Bent u al voorbereid? Als u lid bent van onze nieuwsbrief ontvangt u een uitnodiging. Bent u geen lid, maar wilt u wel graag bij onze gratis workshop zijn? Stuur dan even een mailtje naar e.walsh@korento.nl


Per 1 april wijzigen regels van meerlingenverlofTweeling, verlof

Om werkneemsters die in verwachting zijn van een meerling daadwerkelijk recht op langer verlof te geven, worden de regels van het meerlingenverlof aangepast. De wetswijziging geldt vanaf 1 april.

Momenteel kan een werkneemster die in verwachting is van een meerling vanaf tien tot acht weken voor de uitgerekende bevallingsdatum zwangerschapsverlof (tool)opnemen. Een werkneemster met een eenlingzwangerschap kan dit vanaf zes tot vier weken voor de uitgerekende datum doen. Omdat het zwangerschapsverlof bij een meerling dus minimaal twee weken eerder ingaat en de minimale duur van het bevallingsverlof (tien weken) voor iedereen gelijk is, duurt in theorie het totale verlof bij een meerling langer. De praktijk blijkt anders.

Bij meerling recht op in totaal 20 weken verlof

Onder de huidige regels kunnen werkneemsters bij meerlingzwangerschap – net als vrouwen die één kind verwachten – het bevallingsverlof verlengen met het aantal verlofdagen dat het zwangerschapsverlof minder dan zes weken heeft geduurd. Hoewel werkneemsters bij een meerling eerder met verlof gaan, bevallen zij vaak ook eerder. Daardoor duurt hun totale verlof niet (veel) langer dan bij een eenlingzwangerschap en dat was wel het doel van het meerlingenverlof. Door de wijziging van de Wet arbeid en zorg (WAZO) per 1 april kunnen zij het bevallingsverlof verlengen met het aantal verlofdagen dat het zwangerschapsverlof minder dan tien weken heeft geduurd. Het meerlingenverlof duurt dan echt 20 weken, in plaats van de reguliere 16 weken.

Maatregel opgenomen in Verzamelwet SZW 2018

Het meerlingenverlof bestaat sinds 1 april 2016. Het vorige kabinet wilde met die uitbreiding van het zwangerschapsverlof de gezondheid bevorderen van werkneemsters die een meerling verwachten, zoals een tweeling of drieling. 90% van deze werkneemsters bleek zich namelijk ziek te melden vóór het zwangerschapsverlof. Omdat het verlof niet werkte zoals bedoeld, werd bovenstaande wijziging bedacht. Het kabinet nam deze op in het wetsvoorstel voor langer kraamverlof. Toen dat voorstel verviel, werd de wijziging van het meerlingenverlof overgeplaatst naar de Verzamelwet SZW 2018. De nieuwe regels kunnen daardoor per 1 april 2018 ingaan (zonder terugwerkende kracht).


WerkkostenregelingAlleen kleine wijzigingen na evaluatie werkkostenregeling

De werkkostenregeling (WKR) gaat niet op de schop. Dat blijkt uit een reactie die staatssecretaris Snel van Financiën naar de Tweede Kamer stuurde naar aanleiding van de evaluatie van de WKR. Wel zijn er concrete plannen voor een aantal kleine wijzigingen.

Onlangs zijn de uitkomsten bekendgemaakt van de Evaluatie werking Werkkostenregeling (pdf) die onderzoeksbureau Panteia vorig jaar in opdracht van het kabinet heeft uitgevoerd. In het Belastingplan 2015 was bepaald dat in elk geval het noodzakelijkheidscriterium geëvalueerd moest worden, maar sindsdien was al besloten dat de evaluatie breder zou worden aangepakt.

Drie conclusies uit de evaluatie

Het rapport bevat drie conclusies:

  1. De werkkostenregeling heeft niet de gewenste administratieve of praktische voordelen met zich meegebracht, maar is over het algemeen ook niet complexer dan de oude regels voor vergoedingen en verstrekkingen.
  2. Veruit de meeste werkgevers blijven binnen de vrije ruimte en hoeven dus geen 80% eindheffing te betalen.  De vrije ruimte is toereikend. Wordt de vrije ruimte een keer wel overschreden, dan komt dat meestal door een personeelsfeest of bedrijfsjubileum.
  3. Het noodzakelijkheidscriterium werkt goed voor de apparatuur en gereedschappen die er nu onder vallen. Dit is zeker een vereenvoudiging ten opzichte van de oude regelingen, maar op administratief vlak heeft het niet tot een lastenverlichting geleid. Er is bij de meeste werkgevers geen wens of noodzaak om het aantal middelen dat onder het criterium valt, uit te breiden.

Kleine vereenvoudigingen in de werkkostenregeling

Staatssecretaris Snel van Financiën heeft via een brief aan de Tweede Kamer op de evaluatie gereageerd. Het kabinet sluit aan bij de conclusie van het onderzoek dat dit niet het moment is om de werkkostenregeling compleet binnenstebuiten te keren. Werkgevers zijn gebaat bij rust rond de WKR. Het kabinet stelt wel een paar kleine vereenvoudigingen voor. Zo wil de staatssecretaris onderzoeken of er draagvlak is voor de volgende aanpassingen:

  • Vergoedingen en verstrekkingen waarvoor een gerichte vrijstelling (tools) geldt, hoeven niet langer te worden aangewezen als eindheffingsbestanddeel.
  • De werkgever mag het loonvoordeel uit de verstrekking van maaltijden via een steekproef vaststellen. Dat hoeft dus niet meer voor elke individuele maaltijd.
  • Er komt weer een normrente om het voordeel van personeelsleningen (tool) te berekenen, in plaats van de marktrente die de werkgever nu moet bijhouden.
  • Het Handboek Loonheffingen (tools) gaat meer duidelijkheid over geven over de combinatie van een eigen bijdrage van werknemers en het noodzakelijkheidscriterium.

GeboorteverlofMinister wil wetsvoorstel geboorteverlof niet aanpassen

De aanpassing van het kraamverlof – in het wetsvoorstel geboorteverlof genoemd – brengt behoorlijk wat extra kosten voor werkgevers met zich mee. Toch wil minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het wetsvoorstel niet aanpassen.

Werkgeversorganisaties hebben kritiek op het wetsvoorstel Invoering extra geboorteverlof (WIEG) vanwege de hoge financiële lasten voor werkgevers. Volgens werkgeversorganisatie VNO-NCW zou dit voorstel werkgevers € 215 miljoen per jaar extra kosten. Dit vormt vooral een probleem voor kleine werkgevers. De kosten zitten niet alleen in de (extra) dagen die werkgevers straks moet doorbetalen, maar ook in de hogere Aof-premie die zij moeten betalen om de uitkering van UWV tijdens het aanvullend geboorteverlof te financieren.

Minister moet advies van de SER volgen

VNO-NCW pleit ervoor dat de minister in zijn plannen voor het geboorteverlof het advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) volgt. Eén van de voorstellen van de SER was bijvoorbeeld om het kraamverlof samen te voegen met het ouderschapsverlof. Dit ouderschapsverlof zou dan betaald moeten worden uit algemene middelen.

Wetsvoorstel moet in samenhang bekeken worden

Minister Koolmees heeft echter al laten weten dat hij niet ingaat op het verzoek van de werkgeversorganisatie om het wetsvoorstel aan te passen. Hij vindt dat het voorstel bekeken moet worden in samenhang met de andere maatregelen die in het regeerakkoord zijn afgesproken. Hierin zijn afspraken gemaakt die werkgevers extra geld kosten, maar ook afspraken die een lastenverlichting opleveren.


Het verschil: het jaarverslag en de jaarstukkenJaarrekeningen

In het dagelijks taalgebruik worden de termen jaarverslag en jaarstukken vaak door elkaar gebruikt. Het lijken dezelfde begrippen, maar ze hebben toch echt een andere lading. Wat is het verschil?

In het dagelijks spraakgebruik wordt de term ‘jaarverslag’ vaak abusievelijk gebruikt in de betekenis van ‘jaarrapport’ of ‘jaarstukken’. Het jaarverslag (tool) is echter het bestuursverslag. Het bestuursverslag is het verslag van de directie over het afgelopen boekjaar, de toestand per balansdatum en de visie op de toekomst. Afhankelijk van de grootte van de onderneming is een bestuursverslag verplicht.

Groottecriteria van rechtspersonen

Er worden vier verschillende groottes onderscheiden op basis van drie criteria: de waarde van de activa (dat wil zeggen het balanstotaal); de netto-omzet en het gemiddeld aantal werknemers. Een rechtspersoon wordt gerekend tot een bepaalde groottecategorie als aan minimaal twee van de drie criteria wordt voldaan. In het jaarrekeningenrecht is ‘voordelig’ om door te gaan voor een kleine of micro-onderneming, omdat u dan minder informatie hoeft op te nemen in uw jaarrekening. Dit is het gevolg van een aantal vrijstellingen, waardoor de administratieve last vermindert.

Het begrip ‘jaarstukken’ slaat op een aantal documenten

Daarnaast wordt in de praktijk veelvuldig gesproken over ‘jaarstukken’. De term ‘jaarstukken’ is een praktische verzamelnaam voor de drie documenten waaruit het jaarrapport is opgebouwd: de jaarrekening het jaarverslag (bestuursverslag) en de overige gegevens. In de jaarrekening komen, afhankelijk van de grootte van de onderneming de balans, de winst-enverliesrekening, het kasstroomoverzicht en de toelichting aan de orde. Overige gegevens zijn bijvoorbeeld een accountantsverklaring, de opgave van nevenvestigingen en winstbewijzen of bijzondere zeggenschapsrechten.


Bron van deze artikelen:
Rendement HR, Salaris en Financieel